Brussel, 31 januari 2020 -

In februari 2016 hebben verschillende moslimorganisaties het Vlaamse Gewest voor de rechter gebracht.
Zij waren van mening dat het verbod op het slachten zonder verdoving van dieren op tijdelijke slachtplaatsen als onderdeel van het offerfeest onrechtvaardig was, een maatregel die werd ingevoerd door de Vlaamse minister van Dierenwelzijn, Ben Weyts (N -VA).
Deze verenigingen zijn ontslagen door de Nederlandstalige rechtbank van eerste aanleg.

"De Europese voorschriften voor het slachten van dieren 2009 blijven volledig van toepassing", zegt Michel Vandenbosch, president van GAIA.
"Slachten zonder bedwelming op tijdelijke slachtlocaties was, is en blijft verboden!"
In 2016 was slachten zonder bedwelming alleen toegestaan ​​in België in permanente slachthuizen (een regel voorgeschreven door de Europese Verordening nr. 1099/2009 betreffende de bescherming van dieren bij het doden).
Ben Weyts (N-VA), de Vlaamse minister van Dierenwelzijn, had daarom besloten om een ​​verbod op slachting in te voeren zonder bedwelming op tijdelijke slachtlocaties.
Deze voldoen inderdaad niet aan de strenge eisen op het gebied van hygiëne en dierenwelzijn die gelden voor erkende permanente slachthuizen.
Maar sommige moslimorganisaties waren het daar niet mee eens; zij waren van mening dat het verbod in strijd was met bepaalde fundamentele Europese wettelijke bepalingen, met name met betrekking tot godsdienstvrijheid en non-discriminatie.

Geen schending van de vrijheid van aanbidding!

Deze organisaties hebben zich tot het Gerecht van eerste aanleg gewend, dat op zijn beurt een "voorlopige vraag" heeft voorgelegd aan het Hof van Justitie van de Europese Unie in Luxemburg.
In zijn arrest van 29 mei 2018 heeft het Hof van Justitie geoordeeld dat de minister van Dierenwelzijn terecht een slachtverbod heeft ingevoerd zonder bedwelming op tijdelijke slachtlocaties.
Vandaag heeft het Gerecht van eerste aanleg gevolg gegeven aan deze uitspraak en verklaard dat de klacht van de moslimorganisaties ongegrond was.
Met andere woorden: het verbod op slachting zonder bedwelming op tijdelijke slachtlocaties vormt geen inbreuk op de godsdienstvrijheid.

Michel Vandenbosch, president van GAIA, zegt:
“GAIA kwam tussenbeide om het Vlaamse Gewest en zijn minister van Dierenwelzijn, Ben Weyts (N-VA) te ondersteunen.
Deze uitspraak is heel goed.
Een ander oordeel zou de chaos van thuisslachting - sinds 1988 verboden - en / of het onvermogen van dieren op tijdelijke slachtlocaties opnieuw hebben gecreëerd. "
Maître Anthon Godfroid, de advocaat van GAIA, legt uit
“Achter deze affaire zien we een strategische test uitgevoerd door moslimorganisaties: ze wilden zien hoe ver hun klacht kon gaan.
Naar aanleiding van het arrest van het Hof van Justitie - dat de zaak zo belangrijk achtte dat het in een grote kamer werd behandeld door rechters die door bijna alle EU-lidstaten zijn benoemd - heeft de Nederlandstalige rechtbank van eerste aanleg nam de enige noodzakelijke beslissing: hij wees de verzoeken van religieuze organisaties af.
Gerechtigheid staat hier aan de kant van dieren.
Vandaag is een goede dag voor de duizenden schapen die op een chaotische manier en in onnodig lijden op tijdelijke slachtplaatsen worden geslacht.
Tijdelijke slachthuizen blijven illegaal! "